RITCS-alumna Hasse Van Overbeke presenteert 'Canned' op Kortfilmfestival Leuven
Leeswaarschuwing: gevoelige inhoud
Dit artikel bevat beschrijvingen en thema’s rond eetstoornissen, inclusief gedragingen en gevoelens die hiermee gepaard kunnen gaan. Deze inhoud kan mogelijk als emotioneel belastend of triggerend worden ervaren, vooral voor mensen met een verleden of ervaring met eetstoornissen. Als dit onderwerp je raakt, raden we aan om de tekst voorzichtig te benaderen en, indien nodig, ondersteuning te zoeken bij een vertrouwde vriend, familie of professionele hulpverlener. Zorg goed voor jezelf.
Het is weldra weer tijd voor het Kortfilmfestival in Leuven. Alumna Hasse Van Overbeke presenteert haar masterfilm Canned voor de Vlaamse Competitie: Animatie. We spraken met Hasse over het maakproces van de film en de gevaren van een eetstoornis.
Mila: Dag Hasse. Fijn dat je tijd kon maken. Wat kan je me vertellen over het verhaal van Canned?
Hasse: Het verhaal is erg persoonlijk en begint met Sam, een jongen die op school gepest wordt. Uit zelfbescherming zet hij een visbokaal op zijn hoofd. Na verloop van tijd voelt dit niet meer voldoende veilig, en hij probeert zich verder in de bokaal te verstoppen, hoewel hij er niet in past. Om toch dieper in de bokaal te kunnen kruipen, begint hij lagen van zijn lichaam weg te schrapen om te vermageren. Door de bolle vorm van de bokaal lijkt zijn reflectie echter steeds dikker, waardoor hij te maken krijgt met body dysmorphia. De film behandelt het thema pesten en de gevolgen ervan, zoals anorexia nervosa.
Mila: Heb je lang gedaan over dit verhaal? En was het moeilijk te schrijven?
Hasse: Ik wilde al lange tijd rond dit thema werken, ongeveer vijf jaar. Ik liet het idee even rusten, maar besloot bij de start van mijn master om het opnieuw op te pakken. Veel inspiratie haalde ik uit EGG van Martina Scarpelli, een prachtige animatiefilm over anorexia. Toch wilde ik een andere invalshoek verkennen, waarbij ik niet alleen de mentale maar ook de fysieke aspecten van de ziekte benadrukte. Het is een psychologische aandoening die zich op meer manieren uit dan enkel vasten en gewichtsverlies. Het draait vaak om een vals gevoel van veiligheid en bescherming, en ontstaat meestal door een verlies van controle. Aan het begin van dit proces maakte ik een lange wandeling, en het idee viel als het ware uit de lucht. Het verhaal zelf was niet moeilijk om te schrijven, al heb ik het nog wat verfijnd. De essentie kwam heel organisch tot stand.
Toen ik zelf aan anorexia leed, had ik soms gewenst dat mijn lichaam van klei gemaakt was, zodat ik mezelf kon boetseren.
Hasse Van Overbeke
Mila: Sloot de keuze voor claymation dan snel aan bij het ontstaan van Canned?
Hasse: Ik werk graag met technieken en materialen die een sterke, inhoudelijke reden hebben. Voor Canned waren er veel mogelijkheden, maar ik begon na te denken over het menselijke lichaam en hoe elastisch het kan zijn: het kan krimpen en groeien. Toen ik zelf aan anorexia leed, had ik soms gewenst dat mijn lichaam van klei gemaakt was, zodat ik mezelf kon boetseren.
Mila: Is het de eerste keer dat je werkt met claymation? Hoe was dit proces voor jou? Ik kan mij inbeelden dat dat wel problemen met zich meebrengt?
Hasse: Vooral het ontwerp en de creatie van de poppen gebeurde met klei. Voor het decor gebruikte ik meer stabiele materialen. Ik heb hier maandenlang over nagedacht en mee geëxperimenteerd. Op een bepaald moment ben ik naar P3 in Nederland gegaan om gespecialiseerde tips te krijgen over stopmotionpoppen. Er waren zeker uitdagingen. Zo moest de pop volledig in een bokaal kruipen, wat het praktisch onmogelijk maakte om consequente bewegingen te behouden. Gelukkig vond ik halfopen plastic kerstballen die de illusie creëren dat hij in een bokaal zit.
Mila: Je hebt dus inventieve manieren gevonden om met je materiaalkeuze om te gaan?
Hasse: Werken met natte klei is niet eenvoudig. Elke aanraking vervormt het en drukt het een beetje plat. Daarom bouwde ik eerst een volledig skelet als basis, bedekt met een dun laagje textiel waar de klei goed op kan hechten. Daarover bracht ik nog een laag klei aan. Tijdens de zomer heb ik ongeveer 15 skeletten gemaakt en veel tijd in mijn slaapkamer doorgebracht om eraan te werken. Ik maakte meerdere versies, zowel als reserve als om de verschillende fasen van de pop te tonen. Er zijn drie types: één met een normaal lichaam, één dat half vermagerd is, en één dat volledig uitgemergeld is.
Zonder toestemming op cookies van derde partijen, kan deze inhoud niet worden weergegeven. Beheer cookies
Mila: Het resultaat van je poppen mag er wezen. Ook de keuze van licht en sfeer is zeer markant in Canned. Doorheen het verhaal zit een evolutie in sfeer. Van waar kwamen je keuzes hiervoor?
Hasse: Het eerste deel van de film weerspiegelt de periode vóór anorexia. Het licht is hier veel feller en warmer. Naarmate de eetstoornis zich verdiept, haalde ik inspiratie uit de sfeer van backrooms en het gevoel van een gang: een plek van transit waar je niet blijft. Zo creëerde ik een contrast tussen blauwachtig en oranje licht. Op een bepaald moment is er ook sprake van een ontsnapping, al laat ik in het midden of het echt een ontsnapping is. Mijn herinneringen worden vaak gekleurd door specifieke lichtfilters, en mijn herinnering aan mijn eetstoornis heeft diezelfde verwerking. Alles speelde zich af in een steriel wit tl-licht.
Mila: Ik kreeg ook het gevoel dat een meer duistere sfeer me bekroop naarmate de film vorderde. Het zijn over het algemeen een vrij duistere film en verhaal. Wilde je bewust dit verhaal zo donker in beeld brengen?
Hasse: Er zit geen echt lichtpunt in het verhaal, omdat dat in de realiteit vaak ook ontbreekt. Vanuit het perspectief van een ouder is het vreselijk om anorexia nervosa bij je kind te zien ontwikkelen. De ziekte krijgt relatief weinig aandacht, ondanks dat het een bekend probleem is. Overheden richten zich vaker op eetstoornissen aan de andere kant van het spectrum, zoals overgewicht. Er zijn veel statistieken over mensen met overgewicht, maar amper over mensen met ondergewicht in België. Dat frustreert me. Op een Nederlandse site las ik dat 12% van de patiënten sterft en slechts 50% volledig geneest. De kans dat het misloopt, is dus aanzienlijk. Dat maakt het zo’n donker verhaal.
Overheden richten zich vaker op eetstoornissen aan de andere kant van het spectrum, zoals overgewicht. Er zijn veel statistieken over mensen met overgewicht, maar amper over mensen met ondergewicht in België. Dat frustreert me.
Hasse Van Overbeke
Mila: Je schreef het verhaal, regisseerde de film, maakte de poppen, kortom: deed heel veel zelf. Toch had je ook nog een team rond je. Hoe verliep deze samenwerking?
Hasse: Producenten, DOP’s, muzikanten … Ik heb me omringd met enorm getalenteerde mensen die ik niet genoeg kan bedanken. Vanaf het begin betrok ik anderen bij het maakproces. Hoewel ik het scenario zelf schreef, liet ik het ook overlopen met een scriptdokter. Dankzij een beurzenpakket had ik ook wat financiële ruimte om op bepaalde vlakken te investeren.
Mila: Had je dan als maker het gevoel dat er een grote verantwoordelijkheid op je schouders lag?
Hasse: Ik ben van nature een stresskip en soms net iets te perfectionistisch. Tijdens het proces voelde ik me vaak overwerkt, maar ik wist ook dat ik alles goed moest voorbereiden zodat de mensen met wie ik samenwerkte optimaal konden functioneren. Toch lag ik vaak ’s avonds wakker, denkend dat ik alles verpest had, terwijl dat natuurlijk helemaal niet hun indruk was.
Mila: En nu ben je geselecteerd voor Kortfilmfestival Leuven, hoe voelt dat?
Hasse: Heel fijn. Ik ben net terug van een ander festival in Italië. Het doet deugd om achteraf te horen dat mensen zo geraakt waren door het verhaal. Het motiveert me om verder te gaan in regie en het creëren van verhalen. De bevestiging dat ik op de goede weg ben, voelt echt heel oprecht.
Mila: Dit is dan ook een beetje een persoonlijke overwinning voor jou. Je kon een traumatische herinnering uit je jeugd omzetten in een succesvolle carriere.
Hasse: Inderdaad, het is niet de belangrijkste motivatie en zeker niet de enige, maar het voelt ergens goed om terug te kijken op die periode, naar de pesters, en dan even te grijnzen. Ik heb het toch maar gedaan, en jullie hadden ongelijk. Er wordt vaak gezegd dat pesten je sterker maakt, maar die eer verdienen zij niet. Dat heb je zelf gedaan, in omstandigheden die allesbehalve makkelijk waren.
Mila: Je zit nu dus echt in je kracht. Wanneer speelt je film?
Hasse: Er zijn een paar vertoningen gepland: de eerste op 30 november, en daarna nog op 2, 4 en 5 december. Ik sta er trouwens niet alleen! Ook andere alumni Animatie Mona D’hertefelt en Janne Willockx zijn geselecteerd.